Omschrijving
Product Jeugd
Sinds 1 januari 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor preventie, ondersteuning, behandeling, bescherming en reclassering voor jeugdigen tot 18 jaar. Voor de uitvoering van alle jeugdtaken is in 2018 een budget beschikbaar van € xxxx miljoen.
De transformatie, die in 2017 in gang is gezet, zetten we in 2018 door. In 2018 richten we onze focus op een goed functionerende, brede basisinfrastructuur jeugd in een wijk/gebied. In dit gebied zijn zowel laagdrempelige en preventieve vormen van ondersteuning aanwezig, maar ook de meer gespecialiseerde zorg. De nadruk ligt daarbij op een hoogwaardige toegang, versterken van het preventieve veld, tijdige inzet van de juiste zorg , verkorten van verblijf in een jeugdinstelling en verbeteren van de samenwerking tussen zorg en onderwijs. We starten in 2018 met het beter benutten van de mogelijkheden van pleegzorg, flexibeler inzetten van jeugdzorg met verblijf en het zoeken naar nieuwe combinatie-inzet van zorg.
De transformatie agenda jeugd is gericht op betere kwaliteit en beheersbaarheid van de kosten. De opbrengsten van de transformatie zullen zich op termijn maatschappelijk en financieel vertalen. Door de rijkskorting zijn de middelen jeugd fors gekort en daardoor worden de mogelijkheden voor nieuwe projecten beperkter. We zullen in 2018, meer dan voorheen, slimmere vormen van zorg moeten inzetten om inkomsten en uitgaven in evenwicht te brengen.
Preventief jeugdbeleid
Jongerenwerk
Ook het jongerenwerk wordt vindplaatsgericht en vraaggestuurd georganiseerd. Dat gebeurt zowel groepsgericht als individueel, op locaties en op straat. Het jongerenwerk werkt daarbij samen met het onderwijs.
We willen partners in het jongerenwerk meer vrijheid geven om wijkgericht “te doen wat nodig is” en meer sturing geven op het bereiken van maatschappelijke resultaten.
Daarom gaven we in 2017 de opdracht aan HIL/Tandem om twee pilots jongeren(opbouw)werk uit te voeren. Het doel is (meetbare) prestatie-indicatoren voor het jongerenwerk vast te stellen en een afwegingskader op te stellen hoe het jongerenwerk te verdelen over de stad. Daarnaast is in 2017 de Impuls voor Jongeren in Dukenburg gestart waarbij we oefenen met een aantal prestatie indicatoren. Beide sporen worden voortgezet in 2018.
Vrijwillige jeugdwerk
Met onze bijdrage aan de huisvestings- en organisatiekosten van het vrijwillig jeugdwerk (scouting en hobby-verenigingen), jongerencentra en ontmoetingsmogelijkheden faciliteren we voorzieningen met als doel om jeugdigen laagdrempelige ontspannings- en ontwikkelingsmogelijkheden te bieden in hun vrije tijd.
Jongerenparticipatie
Voor jongeren is Jimmy’s een laagdrempelige plek waar zij terecht kunnen met vragen en ideeën en waar zij eveneens hun talenten kunnen ontplooien. Hierbij zijn het jongeren zelf die Jimmy’s vormgeven waarbij zij ondersteund worden door facilitators. Daarnaast kunnen ook professionals en de overheid met vragen terecht bij Jimmy’s. (bv meedenken in beleidsthema of gezamenlijk vormgeven van projecten).
Jimmy’s en de ondersteuners van Jimmy’s werken met nieuwe methodieken om jongeren te bereiken, te betrekken en te verbinden met elkaar en met overheid en andere maatschappelijke organisaties, de adviescommissie JMG en cliënten- en jongerenraden. Ervaringsdeskundigheid speelt hier een belangrijke rol.
Hoogwaardige toegang .
Vanuit het principe ‘zo dichtbij mogelijk’ is een wijkgericht basismodel ontwikkeld voor kortdurende ondersteuning en coördinatie: de STIPS, de Sociale Wijkteams (SWT’s) en de regieteams. Zij werken samen met bewoners, huisartsen, jeugdartsen, scholen, BSO en kinderopvang en andere partijen in de wijk.
Vroeginterventie en vindplaatsgericht werken
Het is beter voor het kind en kostenbesparend als in de wijk, in de kinderopvang en BSO’s, in het onderwijs en in de huisartsenpraktijk tijdig wordt gesignaleerd dat kinderen ondersteuning nodig hebben. We zijn in 2016 en 2017 gestart met innovatieprojecten gericht op vroeginterventie op vindplaatsen: door de inzet van jeugdspecialisten in de school , J-GGZ ondersteuning voor de huisarts en de jeugdarts en Passende Kinderopvang. We willen in 2018, bij succesvolle evaluaties van de projecten, kijken of we deze verder kunnen uitrollen.
In de toeleiding naar zorg en ondersteuning wordt gewerkt volgens het principe “één kind, één gezin, één plan”. Met als doelstelling: kinderen en hun ouders een geïntegreerd aanbod bieden. In de contracten met aanbieders is opgenomen dat zij samen werken met andere betrokkenen in het gezin. Cultuursensitief werken is daarbij een basishouding.
Samenwerking met onderwijs, opvang, jeugdhulp en zorg
In 2018 implementeren we de afspraken uit het Convenant PO en VO gericht op aansluiting van kinderopvang, onderwijs, jeugdhulp en zorg. De partijen willen de samenwerking zo organiseren dat - De ontwikkeling van het kind centraal staat;
- Er preventief wordt gewerkt;
- Schoolse én niet-schoolse problematiek vroegtijdig wordt gesignaleerd;
- Passende zorg en ondersteuning vanuit opvang, onderwijs, jeugdhulp en zorg in samenhang beschikbaar is;
- Verzuim, thuiszitten en schooluitval zoveel mogelijk wordt teruggedrongen of voorkomen;
- Ontwikkellijnen en schoolloopbanen niet onnodig onderbroken worden;
- Kinderen opgroeien tot zelfredzame, participerende burgers met een kansrijke toekomst.
Specialistische jeugdhulp
In de afspraken met aanbieders van specialistische jeugdhulp sturen we aan op tijdige inzet van zorg en afstemming van de zorg op de aard en de ernst van de problemen. Jeugdigen moeten niet langer in zorg blijven dan nodig is.
Daarom willen we in 2018 de focus richten op het tijdig afsluiten en afschalen van zorg, vooral voor jeugdhulp met verblijf. Afschaling en afbouw van zorg (mits verantwoord en mogelijk) is belangrijk omdat kinderen het beste opgroeien in een normale situatie, waarin ze thuis wonen en naar hun eigen school gaan.
Daarnaast werken we in 2018 samen met de J-LVB aanbieders, de sociale wijkteams en de GGD aan de uitvoeringsafspraken uit het transformatieplan J-LVB
Het casusoverleg zorg met verblijf is ingesteld om bij complexe casuïstiek multidisciplinair te onderzoeken of specialistische ambulante zorg het alternatief kan zijn voor residentieel verblijf. Daarnaast is het bedoeld om zicht te houden op de capaciteit van residentiële plaatsen.
Voor kinderen die zijn aangewezen op terrein- of locatiegebonden woonvoorzieningen, willen we de duur van het verblijf verkorten. We willen meer gezinsvervangend verblijf zoals verschillende vormen van pleegzorg en gezinshuizen. Verblijf wordt waar nodig flexibel ingezet, bijvoorbeeld als er sprake is van terugval.
De samenwerking tussen zorgprofessionals in de 2e en 3e lijn contact en verwijzers/toeleiders wordt verbeterd doordat aanbieders zoveel mogelijk gebiedsgericht werken. Het vereist dat werkers in het betreffende gebied de bestaande (sociale) infrastructuur, elkaar en het wijkteam goed kennen en nauw met elkaar samenwerken.
De aanbieders zorgen dat er een warme overdracht, ook richting onderwijs, kan plaatsvinden. Dat wil zeggen dat er overeenstemming is tussen het gezin, de verwijzer en aanbieder over het traject, zodat er een soepele overgang plaats kan vinden. Indicaties voor een juiste matching zijn: korte wachttijden en in één keer naar de juiste soort zorg worden toegeleid, niet zwaarder dan nodig en niet lichter dan nodig.
Jeugd en veiligheid
Veiligheid van jeugdigen is integraal onderdeel van het hulpaanbod. Gezinnen, zorgaanbieders en andere (professionele) betrokkenen herkennen tijdig signalen en weten waar ze informatie of hulp kunnen vinden. De Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk geweld speelt hierin een grote rol.
In 2018 hebben we binnen de sociale wijkteams meer aandacht voor jeugd en veiligheidsvraagstukken. We zetten jeugdmaatschappelijk werkers met specifieke expertise in om zo een drang of dwang traject te voorkomen. Zorgaanbieders met specialistische expertise op het gebied van jeugd en veiligheid werken meer samen met de betrokken hulpverleners in de wijk bij de aanpak van gezinnen met veiligheidsproblematiek. Het uitgangspunt is het vergroten van de zelfregie en het oplossend vermogen van het gezin en een grens trekken als veiligheid voor kinderen niet gewaarborgd kan worden. In contracten voor 2018 met aanbieders is opgenomen dat zij indien nodig en wenselijk de rol van casemanager in een gezin moeten vervullen.
Door de expertise van gespecialiseerde zorgaanbieders kan hulp in het gedwongen kader voorkomen worden ofwel: het gezin functioneert weer en risico’s zijn verminderd. Bij ernstige veiligheidsproblematiek en hulp in het gedwongen kader (bijv. ondertoezichtstellingen of uithuisplaatsingen) wordt eerst een afweging gemaakt of de jeugdige en het gezin gemotiveerd geholpen kunnen worden met een intensieve systeembehandeling. Is thuis blijven geen optie meer dan wordt versneld gekeken naar andere mogelijkheden, bijvoorbeeld pleegzorg. Daarnaast is er in 2018 meer aandacht voor gezinssystemisch werken, doorontwikkeling van de beschermingstafel (multidisciplinair casusoverleg gericht op veiligheid voor kind) en preventie kindermishandeling, waaronder een aanpak ter voorkoming van vechtscheiding en deskundigheidsbevordering.
Veilig Thuis
Veilig Thuis is een organisatie met drie taken: een meldpunt voor huiselijk geweld en kindermishandeling, een advies- en expertisefunctie voor de ketenpartners die met de casuïstiek aan de slag gaan en een onderzoeksfunctie. Veilig Thuis biedt zelf geen hulpverlening, maar heeft wel bevoegdheden die “als stok achter de deur” gebruikt kunnen worden om een doorbraak te forceren. Bij spoed en crisis organiseert Veilig Thuis de eerste interventies. Organisatorisch is de keuze gemaakt om Veilig Thuis bij de GGD te positioneren.
In 2017 zijn de interne bedrijfsprocessen van Veilig Thuis Gelderland-Zuid verbeterd. De inspectie heeft deze verbeterslagen getoetst in maart 2017 waarna het verscherpte toezicht is beëindigd. Er zijn bestuurlijke samenwerkingsafspraken gemaakt tussen Veilig thuis en de sociale wijkteams van alle gemeenten. Vanuit het Veiligheidshuis is een begin gemaakt met het ontwikkelen van een efficiënte doorverwijzing (“routering”) van zorgmeldingen vanuit de politie met als doel het ontlasten van Veilig Thuis.
De exacte rol en positie van Veilig Thuis bij de aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling binnen de keten zorg en veiligheid moet de komende jaren nog verder worden uitgewerkt.