Begroting 2018 - 2021
PCPortal

Om de beweging naar meer zelfregie, ondersteuning dichtbij en van zwaar naar licht te kunnen maken is een goede basisinfrastructuur nodig van vrijwilligersinitiatieven tot en met regieteams. Vanuit onze diversiteitsdoelstelling sturen we erop dat ondersteuning en zorg voor iedereen gelijk toegankelijk is en stimuleren we cultuursensitief werken.

De gezondheidsagenda “Samen gezond in Nijmegen” voor de komende vier jaar is vastgesteld door de raad. Onder het motto groen, gezond en in beweging zetten we vol in op gezonde inwoners in een gezonde stad, in nauwe samenwerking met GGD en Radboud UMC. We hebben primair aandacht voor gezondheid en gedrag en niet voor ziekten en zorg: het gaat om het welbevinden van alle inwoners, hoe mensen omgaan met ziekte en beperkingen en om het realiseren van een gezonde leefomgeving.

Ook op het gebied van onderwijs werken we steeds meer wijk- en buurtgericht. In drie wijken wordt dit jaar ervaring opgedaan met werkwijzen om in een intensieve samenwerking tussen basisscholen, kinderopvanglocaties en partners in de wijk te komen tot een rijke ontwikkelomgeving voor alle kinderen in de leeftijd 0-12 jaar. Met de ervaringen uit deze drie wijken rollen we dit concept vanaf 2018 over de stad uit. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan het beleidskader Opvang & Onderwijs 0 – 12 jaar.

In het jongerenwerk gaan we gerichter inzetten op basis van het wijkprofiel met een stevige uitvoeringsregie door Tandem/Het Inter-lokaal. Het opbouwwerk en de Stips zorgen voor een beweging in de nulde lijn die de kanteling ondersteunt. We starten pilots om te onderzoeken hoe zorgcliënten voor hun dagbestedingsactiviteiten meer kunnen aansluiten bij laagdrempelige activiteiten in de wijk.  

De capaciteit bij sociale wijkteams is uitgebreid en verstevigd op de jeugdketen. Daarmee willen we wachtlijsten tegengaan en meer ruimte maken voor gekanteld werken en toeleiden naar passende zorg, licht waar dat kan, zwaarder waar nodig. We hebben een nieuw inkoopkader voor ambulante begeleiding en dagbesteding opgesteld en gaan in 2018 aan de slag op basis van de aanbesteding die we in het najaar van 2017 afronden. We maken daarbij een afweging tussen ruimte voor kleine en innovatieve aanbieders, samenwerking op wijkniveau, de benodigde afname van de (stijging van) ambulante begeleiding Wmo en het financiële kader. Daarbij speelt ook het beperken van administratieve en uitvoeringslasten een belangrijke rol. We blijven sturen op de uitvoering van de aangescherpte afspraken over kwaliteit en innovatie met de jeugdhulpaanbieders die moeten leiden tot minder en kortere opnames van kinderen en jongeren in behandelvoorzieningen. Dit is een beweging die meerdere jaren in beslag zal nemen.

De beleidsvisie voor maatschappelijke opvang en beschermd wonen vertalen we door naar contractafspraken met de aanbieders en de regiogemeenten. Ook in de maatschappelijke opvang en het beschermd wonen is immers een forse transformatie nodig om meer mensen met ernstige (psychische )problemen zo zelfstandig mogelijk te laten functioneren en zo goed mogelijk mee te laten doen aan de maatschappij. Dit vraagt om een integrale aanpak, niet alleen op het gebied van zorg en ondersteuning, maar ook bij werk en dagbesteding, inkomen, wonen en welzijn. Daarbovenop zullen er in 2018  bijna 100 cliënten overkomen vanuit de Wet Langdurige Zorg (WLZ) naar Beschermd Wonen GGZ. Die uitbreiding van volume en kosten ramen we op ongeveer 3,5 miljoen in 2018. Het perspectief is dat beschermd wonen en de maatschappelijke opvang rond 2020 volledig doorgedecentraliseerd worden: alle gemeenten zijn dan verantwoordelijk voor al hun burgers en lossen complexe problematiek in samenwerking op, net zoals bij Wmo en Jeugdhulp.
Niet alleen bij de nieuwe taken leggen we een focus op preventie. We streven naar minder beschermd wonen en meer zelfstandig begeleid wonen. Hiervoor zijn innovatieve woonvarianten nodig; meer passende en betaalbare woonruimte is een essentiële voorwaarde voor ambulantisering. Ook in het actieplan huiselijk geweld en kindermishandeling zetten we meer in op het voorkomen van problemen, eerder signaleren en hulp bieden om escalatie te voorkomen.

Gelijke kansen en talentontwikkeling staan centraal in het schooljaar 2017-2018, waarin Nijmegen zich Onderwijsstad van het jaar mag noemen. Voorbeelden hiervan zijn de Innovatieagenda Iedereen heeft Talent, onze aanpak op gebied van VVE en de uitbreiding van het aantal startgroepen op de voor- en vroegscholen. Op en rondom scholen zetten we in op vroeg signalering en preventie.  We sluiten convenanten met het primair en voortgezet onderwijs, samenwerkingsverbanden en jeugdhulppartners, om dit in de praktijk te brengen. Daarnaast is de formatie van bureau Leerplicht uitgebreid om meer preventief te werken en verzuim te voorkomen en zetten we in op een kwaliteitsimpuls van het voortgezet speciaal onderwijs in de stad. We volgen de ontwikkelingen op het gebied van passend onderwijs kritisch en waar nodig, spreken we partijen aan op hun verantwoordelijkheid. We investeren in diegenen die hulp en ondersteuning nodig hebben. Ook al is het niet direct onze verantwoordelijkheid, we hebben het initiatief genomen om samen met ministeries en onderwijspartijen aan een stevige basis te werken voor de leerlingen en ouders van de Maartensschool. Het project "passende kinderopvang" is erg succesvol en wordt stadsbreed ingezet om kinderen met een ondersteuningsbehoefte steeds meer op de reguliere kinderdagverblijven op te vangen.

In de afgelopen periode is sprake geweest van een sterk verhoogde instroom van asielzoekers. Deze normaliseert nu weer. Onze huisvestingstaakstelling voor statushouders is daardoor fors afgenomen van 430 in 2016 naar 230 in 2017 en de verwachting is dat dit nog verder terugloopt en stabiliseert tot ongeveer 180 vanaf 2018. In het kader van de verhoogde instroom is een aantal maatregelen genomen ten behoeve van integratie en inburgering, afgestemd op de verhoogde instroom en op de daartoe door het Rijk beschikbaar gestelde middelen. Omdat de rijksmiddelen worden bepaald op de actuele instroom ontstaat er enige frictie. Verplichtingen zijn immers aangegaan op basis van een verwachte hogere instroom. Bovendien zit er een vertraging in de aanpak: zo is werk pas aan de orde als de taal enigszins onder de knie is. In deze begroting stellen we het aanbod bij op basis van de nieuwe prognoses. Daarbij zal nog extra inzet nodig zijn op de al aanwezige statushouders uit de jaren 2015-2016, met name richting werk.

De schakelklassen in het primair en voortgezet onderwijs worden voortgezet om anderstaligen onder de 18 jaar snel wegwijs te maken in de Nederlandse taal en samenleving. Uitgangspunt blijft het aanbieden van een intensief programma voor het verwerven van Nederlandse taal en cultuur, gedurende tenminste één jaar. Daarna gaan leerlingen geheel of gedeeltelijk in de eigen wijk of gemeente naar school. Voor volwassenen bieden we NT1 en NT2 onderwijs aan. Het product volwasseneneducatie zal per 1 januari 2018 worden aanbesteed, waarbij een betere aansluiting op de regionale infrastructuur op gebied van laaggeletterdheid een belangrijk uitgangspunt is.

Het aantal huishoudens dat een beroep doet op de bijstand en op het minimabeleid groeit landelijk en ook in Nijmegen de laatste jaren fors. Er zijn in Nijmegen ruim 8.000 huishoudens die moeten rondkomen van een bijstandsuitkering of een daaraan verwante uitkering. Het aantal (unieke) personen dat op enig moment gebruik heeft gemaakt van één van onze minimaregelingen stijgt, in 2016 waren dit er 17.125 (86% van de doelgroep). De arbeidsmarktsituatie, de toegenomen armoede, ons grotere bereik in combinatie met onze openeinderegelingen zorgen voor forse overschrijdingen op inkomen en op armoedebestrijding. Het belangrijkste doel voor de komende jaren zal dan ook zijn om meer mensen in staat te stellen te participeren in de samenleving, bij voorkeur door betaald werk. We geven uitvoering aan het Masterplan terugdringen bijstandstekort en we geven al enkele jaren uitvoering aan het aanvalsplan armoede en schulden, waarbij preventie, vroegsignalering en betere samenwerking de belangrijkste ontwikkellijnen vormen. Ten slotte blijven we ons inzetten voor rechtmatige uitkeringsverstrekking onder andere door handhaving maar vooral ook door extra inzet op naleving. Op het gebied van zowel inkomen, armoede, schulden en re-integratie willen we de leefwereld van de burger centraal stellen, zoveel mogelijk maatwerk dicht bij de mensen leveren en zodoende ervoor zorgen dat iedereen ongeacht werk-, inkomens- of schuldensituatie kan meedoen in de samenleving.

We overwegen om de ontwikkeling van gebied de Vossenpels Noord naar voren te halen. De werkwijze in de Waalsprong is dat in het ambitiedocument de koers voor de ontwikkeling wordt bepaald en de dilemma’s en mogelijke keuzes/scenario’s worden geschetst. Vooruitlopend op het ambitiedocument is een beleidsscan uitgevoerd en komen aandachtspunten naar voren die financiële gevolgen kunnen hebben. Het gaat dan o.a. over de ontsluiting van het gebied en het programma en de inpassing  van de nieuwe ontwikkelingen in de bestaande omgeving en mogelijk ook het huisvesten van specifieke doelgroepen. Er is de ambitie om te komen tot een ongedeelde, gezonde, groene, duurzame en leefbare wijk met een goede mix aan soorten woningen, wonen met zorg en ruimte voor groen en blauw. Gezien de complexe opgave  zijn wellicht extra middelen nodig die de financiële kaders van de grondexploitatie overschrijden. We voeren de ontwikkeling Vossenpels Noord nu agenderend op omdat deze ontwikkeling in beeld moet zijn bij de afweging op de investeringsagenda en bijbehorende investeringsclaims. Verdere besluitvorming zal plaatsvinden aan de hand van het ambitiedocument dat we halverwege dit jaar ambtelijk afronden en daarna voorleggen aan de raad.